Voorzetselvoorwerp VZV – het zinsdeel dat begint met een voorzetsel dat een vaste verbinding vormt met een zelfstandig werkwoord of met het naamwoordelijk deel van het naamwoordelijk gezegde. 1) Hij onderwerpt zich aan haar bevelen. 2) Zij beruste in haar lot. 3) Hij voorzag zijn vriendin van een kopje koffie. * Het voorzetsel is onvervangbaar: het gebruikte voorzetsel is altijd een vast voorzetsel en heeft altijd een ´overdrachtelijke betekenis´. Het is nooit een voorzetsel dat plaats of tijd helpt aan te duiden. (uitzondering: geloven aan/in, twijfelen aan/over e.a.) 1) *Maria zat aan de waterkant. 2) *Waar Maria zat was aan de waterkant. 3) Maria twijfelde aan haar succes. 4) Waaraan Maria twijfelde was haar succes. 5) Truus wachtte op haar vriend. 6) *Truus wachtte op het perron. 7) Hij dacht aan het strand. 8) *Hij zat aan het strand. * Een VZV kunnen we in veel gevallen vervangen door er + voorzetsel + een dat-zin 1) Hij schaamde zich over zijn gedrag. 2) Hij schaamde zich erover, dat hij zich zo gedragen had. 3) Manus staat op contante betaling. 4) Manus staat erop, dat er contant betaald word. Waar dit proef niet kan: grenzen aan, trouwen met, heersen over * Oorzakelijk voorwerp OV: bij een aantal objecten in zinnen met een naamwoordelijk gezegde komt geen voorzetsel voor. Een zin met een nw.gez. heeft nooit een LV; er zou dus sprake kunnen zij van een vzv. Maar aangezien dat een beetje raar is als er geen voorzetsel voor staat, noemen we deze objecten oorzakelijk voorwerp. 1) Piet was al dat vergaderen beu. 2) Hij was de Indische taal niet machtig. 3) Thea was haar schoenen kwijt. * Gewoonlijk komt er in een zin naast een v geen vzv voor. Alleen bij een beperkt aantal werkwoorden bestaan vaste verbindingen met een lv en een vzv. Bijvoorbeeld: iemand beschuldigen van iets, iemand voorzien van iets, iemand vergelijken met iets, iemand dwingen tot iets. * Voorzetselvoorwerp zin: VZVZIN Vzvzin: een zinsdeel dat zelf weer zin is 1) De oplichter was bang voor wat het te wachten stond. 2) Hij rekende erop, dat zijn vrouw hem zou vergeven. – voorlopig voorzetselvoorwerp Oefening: Benoem in de volgende zinnen indien aanwezig: gez, ond, lv, mv, vzv en ov: 1) De geleerde heeft de betrouwbaarheid van de proef altijd al betwijfeld. 2) Charlotte twijfelde in sterke mate aan de haalbaarheid van het project. 3) In de wachtkamer van de tandarts verdiepte ik me in enkele tandheelkundige tijdschriften. 4) Heel zijn leven lang ging Sigmund gebukt onder de meest verschrijkkelijke complexen. 5) Het kabinet heeft zich uiteindelijk moeten neerleggen bij de wensen van det Tweede Kamer. 6) Dat kleine succesje zette de jonge zangeres aan tot nog harder studeren. 7) Johan is mij nog steeds duizenden guldens schuldig. 8) Hij was die plotselinge uitvallen van zijn vrouw wel gewend. 9) Al dat vergaderen over de herstructurereing van het onderwijs komt mij volsterkt nutteloos voor. 10) Tijdens de pauze is de dirigent hevig uitgevaren tegen de hoboïst van het symphonieorkest. Vertaling: Barevná poselství růží: Je užitečné vědět, že každá barva nese poněkud jiné poselství. Například každý ví, že červené růže hovoří o lásce. Bílé růže symbolizují čistotu - ideální dárek pro nevěstu. Žluté růže vyjadřují přátelství. Nadšení a touha jsou hlavním poselstvím růží oranžových. Purpurové nebo levandulové růže jsou ideální pro lásku na první pohled. Obdiv, uznání, radost či poděkování zase nejlépe vyjádříte růžemi v barvě růžové.