de namen er. De ver-r nationale derlands. rio mee te 2 geduurd, delijke be-ief aan het -oelde zieh >m en. Vol-rlrjk weer-boek goed .en over de als elkaars ■ de bedoe-es wat aan niet zo dat trots wees het strand. Ii. Marian-e druppels ing, in het : stervende ig geweest, .atie op het ij over wat unt tussen ven wat de lakers zegt :k aan een ing tot £en tchtenp roan dat van ins wil een iman basis ademakers ige fantast. itasie waar intasie het ikers nooit itie bii het schrijven van een scenario. Hugo Claus en Gerard Soeteman zouden Rademakers' vaste scenarioschrijvers worden. Gezien Hermans' actieve benioeienis met de slotscene is het merkwaardig dat de meeste critici zieh daar juist enorm aan hebben gestoord. Ze zagen er een gebrek aan overeenstemming met de oorspronkelijke romantekst in. Zoals nader-hand ook is gebleken bij de verfilming van Gerard Reve's De avonden (1989), zijn critiei-nietzelden van.mening dat.een film zieh moet houden aan wat zij in het boek hebben gelezen. Boek en film laten zieh echter niet zondermeer met elkaar vergelijken. De verfilming van een boek komt meestal neer op een vereenvoudi-ging, Dit heeft te maken met de lengte van de film. De normale bioscoopfilm-lengte is ongeveer 100 min Uten, terwijl een boek 250 tot 400 paginal kan teilen. Verder speien praktische facto re 11 so ms een roh te hoge produktiekosten kumien sommige scenes in een boek onrealiseerbaar maken. Film en literatuur zijn twee vers chill ende media die op onderscheiden wijze gereeipieerd en gewaardeerd worden. Een literatuur verfilming kan interessant zijn voor een cineast vanwege de uitdaging een eigen kunstwerk te coneipieren. De auteur van de oorspronkelijke tekst kan zieh er misschien beter niet mee bemoeien. Hij heeft zijn definitieve versie immers al afgeleverd. Een illustratief voorbeeld wordt geleverd door Leon de Winters problemen met de adaptatie van zijn Foman Zoeken naar Eileen W. Het scenario kreeg pas defmitief vorm toen Rudolf van den Berg, de latere regisseur, de.bewerking ter hand had genomen. Voor de uitwerking van het scenario van Als twee druppels water had Fons Rademakers samen met W.R Hermans een subsidie van de Stichting Productie-fonds voor de Nederlandse Films gekregen. Deze stichting was in 1956 op iiiitiatief van de Nederlandse Bioscoopbond en het toenmalige ministerie van Onderwijs, Künsten en Wetenschappen opgerieht. Beide instanties namen ook de financiering ervan voor hun rekening, Doel van de stichting was het bevorderen van de continui'teit van de Nederlandse filmproduktie. On ge veer zestig pro cent van de begroting van een film zou door het Produetiefonds gefinancierd worden, terwijl de overige veertig door de producent diende te worden beta aid. Hier voor maakte de producent meestal gebruik van particuliere financiers en distributees. De eersten deelden in de mogelijke winsten mee, terwijl de distributeurs een voor-sehot op de te verwachten recette gaven. De eerste drie films van Rademakers waren geprodueeerd door niaatschappijen die in de Nederlandse speelnlmsituatie van die trjd al een zekere naam hadden. Dorp aan de rivierkwam tot stand onder auspicien van de Nationale Filmproduktiemaatschappij. De directeur van deze onderneming was ook eigenaar van het Scalatheater in Utrecht. Makkers, staakt ww wild geraas en Het mes werden geprodueeerd door de Nederlandse Filmproduktiemaatschappij, destijds onder directie van LJ. Landre. De commer-ciele speelfilmproduktie was voor dit bedrijf echter te weinig aantrekkelijk, zodat Landre na Her mes naar andere mogelijkheden uitkeek. Rademakers van zijn kant dacht eraan de produktie in eigen hand te nemen. Hij kon dan alle beslissingen zelf nemen. Hij bezat echter onvoldoende mogelijk- 765