Příkladový test Nederlands voor beginners II, lente 2020 1. Waar kom je vandaan? 2. Hoe oud ben je? 3. Heb je een vriend/vriendin? Wat doet hij/zij? 4. Waar wonen je ouders? 5. Tot hoe laat studeer je? 6. Hoe laat is het nu? 7. Hoe vaak kijk je naar films? 8. Wat is het antoniem van ”smal“, “schoon“ en “lang“? 9. Welke seizoenen ken je? 10. Hoe is het weer vandaag?