Vragen bij het hoofdstuk Fonologische processen: - probeer tijdens het lezen een antwoord op de volgende vragen in de tekst te vinden. Noteer steeds de pagina waar je het antwoord hebt gevonden. De onderstaande vragen bespreken we op maandag in het college. Fonologische processen 1) Kunnen er tegelijkertijd meerdere fonolgische processen aan de gang zijn? 2) Wat is assimilatie? - Hoe kan een klank assimileren, welke typen assimilatie ken je? 3) Wat is progressiev en wat is regressieve assimilatie? Hoe zit dat in het Tsjechisch? Geef eens een voorbeeld van beide typen assimilatie zowel in het Nederlands als in het Tsjechisch. 4) Wat is palatalisatie en labialisatie. Hoe kun je het laatste ook anders benoemen, geef eens een voorbeeld. 5) Hoe kunnen het Spaans en het Portugees van elkaar worden onderscheiden? 6) Wat kun je zeggen over de nasalisatie in het Nederlands en in het Fries? 7) Wat is dissimilatie, in welk opzicht is het anders dan assimilatie? 8) Geef eens een voorbeeld van verzwakking; wordt het in de Standaardtaal gebruikt? 9) Waarom kunnen we bij de verzwakking ook aan assimilatie denken? 10) Welke vormen van verwzakking zijn er, noem telkens een voorbeeld. 11) Hoe zit dat met de verzwakking en met de klinkers, noem wat voorbeelden. 12) Wanneer is er bij de klinkers sprake van versterking? Waar treedt het op? 13) Hoe ziet er de Nederlandse syllabe uit? 14) Wat is het doel van de syllabestructuurprocessen?