192 W ILK BN BNGnBRIXm ASPECTU versie gevormd wordt met een extra prefix of suffix, kent het Tsjechisch twee soor-ten werkwoorden die maar éčn aspectuele vorm kennen. Dat zijn de modale werk-woordcn, waarbij meestal alleen een duratieve vorm bestaat en de terminatievc vorm via een ander werkwoord moet worden gemaakt, en leenwerkwoorden uit talen zonder Slavisch aspectsysteem, zoals het Latijn, bijv. organizovat, studovat Daarbij is de groep van leenwoorden vanuit aspectueel oogpunt interessant. Dit soort werkwoorden zijn namclijk formeel dubbelaspectueel, waarbij sommi-ge autcurs stellen dat werkwoorden die zijn overgenomen uit vreemde talen een onduidelijke aspectualiteit hebben. In het Tsjechisch komen dit soort werkwoorden meestal in de zesde werkwoordsklasse terecht, waarin ook van Tsjechische substantiva gevormde zgn. "desubstantieve afieidingen" (Tsj.: desubstantivní odvozeniny) thuishoren. De van Tsjechische substantiva in deze groep gevormde werkwoorden zijn in principe duratieft tenzij er een prefix is gebruikt. Door mid-del van prefigering kan namelijk van dit soort werkwoorden wel een specifiek terminatievc vorm worden gemaakt. Bijvoorbeeld: - Duits: Organisation, organisieren > Tsjechisch: organizace, organizovat (duratief werkwoord) > zoiganizovat (terminaticf), - Latijn: studium, studere > Tsjechisch: studium, studovat (duratief) > dostudovat (terminatief).20 Het aspect is dus onafhankelijk van de tijdsvorm en met het werkwoord zelf vcrbonden.21 Als we naar de manier van het uitdrukken van tijd kijken, kent het Tsjechisch formeel dezelfde tijdsdomeinen als het Nederlands, dus verleden, heden en toe-kamst. verleden čas minulý heden čas přítomný toekomst čas budoucí vormd vorm di van het woord zij De d uitgcdruk secutio te iets ande rechtstre morfolo ook voo van verl Consi Theore tooide begrip, 1 het Latiji bestaan a een zgn. - bijv. / perfect heb gep In rum als Daarbij kunnen verleden en heden qua vorm van alle typen werkwoorden worden gevormd, onafhankelijk van hun aspect en wel als préteritum en pré-zens. In een duidelijke context mag daarbij, op voorwaarde van gebruik van een tijdsbcpaling, het presens worden gebruikt ora cen toekomstige gebeurtenis uit te drukken: Za týden jsou Vánoce - Over een week is het Kerstmis. Het futurum kan op twee manieren worden uitgedrukt: in een eenvoudigc vorm en in een perifrastischc vorm. De eenvoudige vorm kan - behoudens de aangegeven mogelijkheid van prézens + hepaling van tijd - alleen worden ge- 20 Karlík 2003: 196-197. 21 Karlík 2003: 319-320; Karlík 2002: 529. Bij vooi Verledt 22 2003: 31 23 sehen Svn 24 taald om