Opdracht 1 Ik schrijf in mijn moedertaal 13 elke dag. Op school schrijf ik 7 de notities op, dan gebruik ik chat op internet om met mijn vrienden 3 te afspreken of ik stuur een smsje, dat is ook schrijven. Af en toe stuur ik een mail of ook nog een brief of een briefkaart. Elke week schrijf ik een artikel op mijn blog en dat vind ik 7 het belangrijkste tekst waarin ik mijn moedertaal gebruik. Ik schrijf in het Nederlands 13 bijna elke dag. Ik maak notities in het Nederlands op school als we een vak van 7 + 18Nederlandistiek hebben. Ik heb een paar 18 nederlandse vrienden en ik schrijf 14 aan ze elke twee weken een mail of een brief. Ik schrijf heel graag maar ik moet 7 een tijd en 7 een rust ervoor hebben. Als ik een mail of een sms aan mijn vrienden stuur dan is het meestal snel en kort, dan moet ik meer denken over wat ik schrijf dan hoe ik het schrijf. Maar als ik een artikel schrijf dan vind ik 15 leuk om rust te hebben en ik moet ook blij zijn met 7 de 6 finaal resultaat. Daarvoor heb ik de tijd nodig. Mijn schrijfonderwijs vind ik goed genoeg maar als ik 12 wil iets meer weten dan moet ik 9 mezelf informatie zoeken. Op school leren we de grammatica, de stijl en andere basispunten. De verschillen tussen tekstconventies in het Tsjechisch en in het Nederlands zijn niet zo groot. In het Nederlands is alles meer direct gezegd en in het Tsjechisch zijn we gewend 16 aan alles een beetje „3inpakken“. Maar dat is hetzelfde in spreken en in denken van mensen. Met schrijven in het Nederlands heb ik goede ervaring. Ik maak nog steeds veel fouten maar ik moet blijven proberen. Anders leer ik niets. Elke taal heeft andere manier om hoe dingen 3te uitdrukken en dat moet ik leren door de taal te kennen. Deze manieren kunnen niet alleen vertalen worden.17  1. Kun je de tekst voortaans in een doc. format uploaden?  2. Let op de werkwoorden met te + scheidbare werkwoorden met te = in de tekst meestal met 3 aangeduid