- opbouw van de Nederlandse syllabe
- mogelijke syllabepatroons
- syllabe en ritme en accent
- syllabe in het Nederlands dezelfde als in het Tsjechisch?
Onset (het begin), nucleus(de kern) coda
(de afloop)
nucleus en coda = rijm
Voorbeeld: melk – /m/: onset, /e/: nucleus,
/lk/ – rijm
Elke syllabe heeft een nucleus vocaal
onset en coda = consonanten
O en C kunnen ontbreken:
al, en, in, op, eet, eer – lege onset
he, joh, na, bah, nu – lege coda
De taalklanken kan men op de volgende wijze in klassen indelen naar hun
‘Schallfülle’, die samenhangt met de sluitings- resp. openingsgraad van
het kanaal, waardoor de lucht uitstroomt:
Nu is in elke taaluiting de opvolging der klanken deze, dat momenten
van grote openingsgraad, samengaande met een hoge graad van
‘Schallfülle’, worden gevolgd door een reeks van steeds geslotener
klanken, totdat er weer een nieuwe toename van openingsgraad en
‘Schalfülle’ begint
1. sluitklanken: p, t, k; b, d, g,
2. spiranten: f, v; θ, ð; s, z; š, ž; x', ɣ'; x, y,
3. nasalen: m, n, ñ, ŋ,
4. liquidae: l, r,
5. ‘halfvocalen’: i, u, (j, w), ü,
6. de i-, u-, ü-vocalen,
7. de e-, o-, ö-vocalen,
8. de a-vocalen.
In het algemeen:
onset – 1 – 2 consonanten, geen /ŋ/
rijm: lange vocaal
korte vocaal + consonant, behlave de
/h/
Vaakste types syllaben: CVV, CVC, CCVV,
CCVC
Voorbeelden: na, bad, sla, slak
Kijk naar de interne opbouw van de syllabe: zie je
een duidelijk patroon van welke opeenvolging van
klanken wel kan en welke niet?
a. CCVC b. CCVC
plak prak harp alp
* lpak * rpak * hapr * apl
klam kram merk melk
* lkam * rkam * mekr * mekl
glad grap merg velg
* lgad * rgap * megr * vegl
fles fris larf elf
* lfes * rfis * lafr * efl
(8) d. Syllaben met onsets van drie consonanten
CCCV-: sprot, script, schrob, strot, ...
split, ...
CCCVV-: spreek, scribent, schrijf, streek, ...
splijt, ...
*ktl, *fsr, *pml, ...
*sfr, *sxl, *stl, *sfl, ...
Syllaben met coda's van drie consonanten
-VCCC: fonds, corps, nerts, nurks, ...,
helft, inkt, kunst, ...
-VVCCC:
loenst, grootst, ...
*ltk, *rsf, *lmp, *lxs, ...
(8) e. Syllaben met coda's van vier consonanten
-VCCCC: herfst
Syllabe behoort tot een grotere taalkundige eenheid die dan het
domein zijn van prosodie of suprasegmentele verschijnselen.
-syllable-timed en stress-timed talen zijn op basis van de
ritmische structuur en op basis ervan waar de klemtoon ligt, op
welke syllabe.
Syllable-timed: vaste woordklemtoon, alle syllaben duren
ongeveer even lang, geen reductie, geen klinkerduurcontrasten.
Stress-timend: variabele woordklemtoon, de intervallen tussen
de beklemtoonde syllaben zijn ongeveer even lang.
Klinkerduurcontrasten komen voor alsmede reductie van
onbeklemtoonde syllaben.