Groep III *■ wetenschappelijke aanpak S leergierigheid S kritische ingesteldheid S zin voor synthese attitude tegenover de Organisator ■f accuratesse •S assertiviteit •/ contactvaardigheid V flexibiliteit *" attitude tegenover beroeps- •S loyaliteit verenigingen en collega's *■ houding tegenover werk •S besluitvaardigheid / uithoudingsvermogen •S empathie V organisatiekennis V stressbestendigheid persoonlijkheid S zelfstandig kunnen werken V bereidheid tot samenwerken Tab. 13: Beroepsattitudes van een tolle In de Vierde groep noemt hij "veertig sleutelvawdigheden"m waaraan de tolk het liefst zou raoeten voldoen indien hij dit beroep succesvol wil uitoefenen. Maar het is wel begrijpelijk dat sommige in deze groep vermelde vaardigheden in de praktijk beter zullen worden vertegenwoordigd dan de andere. Groep IV l. abstract denken 11. in Staat zijn een werkplan op te stellen 21. leergierigheid 31. Solidariteit 2. accuratesse 12. empathie met de spreker 22. loyaliteit 32. uithoudingsvermogen 3. assertiviteit 13. empathie met de luisteraar 23. stressbestendigheid 33. veiligheid en milieubcwustzijn 4. besluitvaardigheid 14. flexibiliteit 24. capaciteit te kunnen plannen 34. zin voor verantwoordelij k-heid 5. commercieel inzicht 15. imagobewustzijn 25. Problemen kunnen detecteren en oplossen 35. Vlotheid _ 6. concentratie 16. inzicht in werkorganisatie 26. produetieve taalvaardigheden in vreemde talen 36. Autonomie 7. bereidheid opdrachten aan te nemen 17. kritisch-wetenschap-pelijke houding 27. reeeptieve taalvaardigheden in vreemde talen 37. zclfverzekerdheid 208 Bauwens (2001:225-227). 209 Bauwens (2001:230-231). 8. creativiteit 18. competentie om grote hoeveelheden informatie te verwerken 28. produetieve taalvaardigheden in de moedertaal 38. zin voor initiatief 9. dienstbaarheid 19. bewustzijn kwaliteit te bieden 29. reeeptieve taalvaardigheden in de moedertaal 39. zin voor samenwerking 10. wilskracht 20. leercapaciteit 30. re sultaatgerichthe id 40. zin voor esthetiek In verband met het tolken hoort men soms discussies over het wie-en-hoe-kan-men-tolk-worden. Het brede publiek verdeelt zieh in zijn opinie omtrent deze zaak in twee groepen - aan de ene kant in voorstandersvan het vertekende idee dat je als tolk wordt geboren en aan de andere kant in vertegenwoordigers van het gedachte dat je tolken kan en moet leren. Bekende professionele tolken die met dit beroep veel ervaring hebben opgedaan, zijn het meestal erover eens dat misschien wel 20% van begaafdheid, aangeboren eigenschappen en talent afhangt waarbij de overgebleven 80% hard werken en oefenen uitmaken. \ 6.7 Enkele tips In deze psrsgraaf proberen we de voornaamste voor de aspirant-tolken belangrijkste adviezen te geven omtrent het personage van de tolk en zijn prestatie. Indien mogelijk worden er ter illustratie voorbeelden aan toegevoegd. üe adviezen worden in twee groepen verdeeld die de belangrijkste opmerkingen i.v.m. het gedrag van de tolk en de manier van vertolking in kaart proberen te brengen. 6.3.1 Gedrag van de tolk tijdens een tolkprestatie in vi/flien punten 1. De tolk kan niet van alle vakgebieden op de hoogte zijn en daarom is er soms een extra uitleg vöör de eigenlijke tolkprestatie nodig. Bij de grote-talen-combinatie Engels, Duits, Frans of Spaans komt het eerder voor dat de tolk zieh op bepaalde vakgebieden specialiseert. Bij de kleine-talen-combinatie wordt er van de tolk echter verwacht dat hij zieh op alle domeinen kan redden en in Staat is te tolken. Deze situatie verwacht dan ook een grondige thuisvoorbereiding en ook samenwerking met de spreker. 2. De tolk dringt zieh niet naar voren. Hij is en blijft zo te zeggen de laatste, diegene die slechts tot het goede verloop van de communicatie tussen de twee betrokken partijen bijdraagt. Hij volgt beide partijen en probeert de gepaste plaats te zoeken. De tolk moet er op voorbereid zijn dat hij ten allen tijde gevraagd kan worden om te tolken of om van positie of plaats te veranderen. 3. De gepaste plaats tijdens het tolken, als men geen tolkcabine gebruikt, is de linkerkant van de voornaamste persoon van de groep. De tolk zit aan de linkerzijde van de belangrijkste klant of links achter de belangrijkste klant. Bauwens (2001:230-231). In het hfst. 10 worden de resultaten van de enquete gepresenteerd waardoor men mooi kan vergelijken hoe in verband met dit onderwerp de mening van een deskundige van die van de studenten-tolken verschilt. 92 75 4. De tolk moet - indien hij naast de BT-spreker Staat of zit - recht in de ogen kijken wat een blijk is van respect, aandacht en eerlijkheid.2" Dit is in hct bijzondcr van toepassing bij gerechlstolken. Maar de tolk moet wel de tradities en gewoonten kennen van beide betrokken partijen - bij islamieten wordt het recht in de ogen kijken niet positief aanvaard. 5. Aan het begin van elk tolkopdracht dient de tolk zieh aan beide partijen voor te stellen voor wie hij tolkt. Indien hij aan een grote actic werkt met veel betrokkenen of indien hij vaste aanstelling heeft als tolk, is deze regel meestal niet van toepassing. 6. De tolk moet zieh weten te beheersen, d.w.z. zijn emoties en zijn psychische toestand meester zijn. Hij moet zieh ook bewust zijn van zijn bodylanguage, d.i. de nonverbale communicatie en die ook beheersen. 7. Als er gegeten wordt terwijl het gesprek doorgaat, moet de tolk er rekening mee houden dat hij hoogstwaarschijnlijk niet zal kunnen eten. Ook tijdens de lunch of het diner moet hij paraat staan om te tolken en men zal niet wachten tot hij klaar is met eten. Als hij toch meeeet, dan is het raadzaam om steeds kleine hapjes te nemen die makkelijk en snel gegeten worden zodat hij onmiddellijk verder kan tolken indien nodig - je weet maar nooit. Gebakken kippenboutjes zijn dus niet de beste keuze. Ook goed gemarineerde, gekniide of aromatische gerechten kan een tolk beter vermijdcn. Als de tolk een vrouw is en zij de enige vrouw in het gezelschap is, kan het soms gebeuren dat de klanten op haar wachten dat ze met het eten begint. Als de klant klaar is met eten, geldt dit voor iedereen. 8. Als de tolk een tolkopdracht aanvaardt, moet hij deze zo goed mogelijk voltooien. Het kan gebeuren dat de spreker over bepaalde thema's en problcmcn een opinie formuleert waarmee het de tolk het niet eens is, maar als professional mag hij dat niet laten merken, en moet hij onbevooroordeeld, onvooringenomen en zonder aan zijn uitingen en expressies of zijn afwijzende stem iets tc laten merken verder tolken. Men verwacht een neutrale houding van de tolk. 9. De tolk voegt niets toe aan de brontekst ook al is hij op het bepaalde gebied een deskundige. Hij geeft geen commentaar op de brontekst - noch verbaal, noch nonverbaal. 10. De tolk is collegiaal tegenover de spreker en zijn collega's de tolken. Hij levert geen kritiek op hen en probeert eerder te helpen. Kritiek kan slechts tussen twee tolken in het přivé, maar nooit in de aanwezighcid van het publiek. 11. De tolk gedraagt zieh netjes, d.w.z. volgens de gedragsnormen in een bepaald land. Hij kleedt zieh gepast. Ook daardoor toont hij respect tegenover de normen en gewoonten van beide culturen die hij door zijn tolkprestatie met elkaar verhindt. 12. De tolk volgt nauwkeurig het plan en heeft meestal niet veel initiatief indien de situatie het niet eist. Als de tolk bijv. voor een buitenlandse delegatie werkt, kan hij door de pers worden aangesproken 211 Indien hij te maken heeft met het fluistcrtolkcn, sociaal tolken, liaison interpreting, tolken van onderhandelingen of gerechlstolken. 94 i.v.m. de planning, maar hij moet naar de woordvoerder verwijzen of eerst zelf vragen of hij dergelijke vragen kan beantwoorden. Vooral het begcleidend tolken wordt door het brede publiek en zelfs door de opdrachtgevers soms verkeerd geinterpreteerd en men verwacht dat de tolk initiatief neemt maar daar kan geen sprake van zijn. De tolk houdt zieh ook in dit geval - indien niet anders afgesproken - aan zijn rol van taalbemiddelaar tussen twee partijen. "Doprovodný tlumočník není průvodce cizinců. Na rozdíl od průvodce nemusí mít historické ani vlastivědné znalosti. "2I2 (Diabová 2006:11) 13. De tolk is loyaal en neutraal, waarbij hij in dienst is van diegene die hem betaalt. 14. De kledij van de tolk moet altijd aan het type tolkprestatie beantwoorden. Men moet ook ermee rekenen dat men de hele dag en soms zelfs de hele avond moet werken. Hel is beter om geen opvalendc kleuren te kiezen. Men draagt het best iets waarin men zieh op zijn gemak voelt (dit is vooral van belang voor vrouwen zodat deze zieh door hun kleren in geen enkel opzicht bcperkt voelen). 15. Als er meer sprekers zijn, moet de tolk tijdens CT door met zijn hand of hoofd te verwijzen duidelijk maken wiens beult hij aan het tolken is. 6.3.2 Negentien tips voor een goede vertolking 1. De tolk bemiddelt door zijn werk hct idee of de boodschap, niet afzonderlijke woorden. "Tlmočíme význam originálu, nie slová [...] Tento význam tlmočíme pomocou vyjadrení zvyčajných pre cieľom kultúru f...]"2" (Makarová 2004:5) 2. De sociale omstandigheden en het intellect bepalen het taalgebruik van de BT- en de DT-spreker mede. De tolk moet ook daarop voorbereid zijn dat hij tijdens zijn werk verschillende soorten mensen ontmoet die verschillende manieren van spreken hcbben.214 Vaak wordt hun manier van spreken beínvloed door allerlei siechte gewoonten of gebreken en door de situatie waarin ze verkeren. Verschillende taalvarianten - van standaard Nederlands en/of Tsjechisch, over regio- en sociolecten 'De begeleidende tolk is geen toeristische gids voor buitenlanders. In tegenstelling tot een gids moct cen dergelijke tolk noch historische noch heemkundige kennis hebben." 213 "Wij tolken de betekenis van het origineel, niet de woorden [...] Deze betekenis tolken wij met behulp van uitingen gebmikelijk voor de doelcultuur [...]" 214 De tolk is in grote mate afhankelijk van de spreker wiens bijdrage hij tolkt. Vaak beseft de spreker niet dat hij in zijn eigen belang met de tolk zou moeten samenwerken. Het Directoraat-generaal Tolken van de Europese Commissie heeft in verband hiermee een brochure gepubliceerd waarin de hoofdregels van een succesvollc samenwerking tussen de spreker en zijn tolk zijn samengevat. De tekst daarvan is tc vinden in de bijlage nr. 10, p. 171. Een andere informatiebron omtrent dit onderwerp biedt de brochure van de Vereniging van Tolken en Vertalers JTP - Diabová, A., Kautský, P., Pošta, M., TLUMOČENÍ A JAK NA TO aneb Chcete, aby vám rozuměli posluchači (a spolu s nimi i tlumočníci)'/ Praha: JTP 2006. 95 van beide talen tot diverse dialecten - vormen een klip die de tolk moet weten te omzeilen. Toch dient de tolk tijdens zijn prestatie het standaard Nederlands en/of Tsjcchisch te handhaven. 3. De tolkprestatie in de DT mag nooit langer duřen dan het origineel in de BT. De ervaring leert dat de tolk in de vertolking maximum tweederde van de aan het origineel bestede tijd mag gebruiken. Dit betreft natuurlijk alleen CT want ST gebeurt gelijktijdig. De tolk heefl ook het recht om meer toelichting te vragen indien de situatie het mogelijk maakt.2 s 4. Men verwacht wel dat de tolk in Staat is verschallende stilistische nuances in de gehoorde uitspraak te ontdekkcn en als het in zijn vermögen ligt en het tegelijkertijd ook nuttig is voor de vertolking, dat hij dat in zijn prestatie erbij kan betrekken. Maar het zou nooit ten nadele van de hoofdinformatie en de rest van zijn prestatie mögen zijn. 5. De tolk moet keuzes weten te maken en dit op allerlei niveaus - linguistisch, inhoudelíjk, sociaal, situatiegebonden. 6. Als de spreker een fout maakt, wordt deze niet gecorrigeerd. Als tolk kan men de spreker vragen of hij het nog eens kan herhalen en vaak is dit genoeg om de uitspraak dooř de spreker zelf gecorrigeerd te krijgen. Men kan slechts zulke fouten corrigeren die evident zijn en die beoordeeld kunnen worden als verspreking van de spreker. Dan vertolkt de tolk de uitspraak waarbij hij de verspreking corrigeert zonder er een extra aandacht van de spreker of het publiek aan vast te houden. Bijv.: (1) Op 31 april beginnen wij weer (Nederlands) om 9 uur. (la) 31. dubna začneme zase v 9 hodin. F (Tsjechisch) (lb) 30. dubna začneme zase v 9 hodin. C (Tsjechisch) Het voorbeeld (la) laat ziet hoe het eruit zal zien indien de tolk hetzelfde zegt als de spreker. Maar dooř de fout te tolken en deze in de DT te handhaven, zouden de luisteraars denken dat de tolk niet op de hoogte is van de basale informatie omtrent de verdeling van het kalenderjaar. Daarom is beter het voorbeeld (lb) te volgen. De tolk weet dat de maand april slechts 30 dagen telt en hij kan het dus correct zeggen zonder de spreker erop attent te maken en zijn spreekbeurt te onderbreken. Bijv.: (2) In 632 v. Chr. is profeet (Nederlands) Mohammed te Mekka $estorven. (2a) V roce 632 př. Kr. zemřel v Mecce F (Tsjechisch) prorok Mohamed. (2b) V roce 632 po Kr. zemřel v Mecce C (Tsjechisch) prorok Mohamed. 3,5 Technisch gezien. D.w.z. bij conferentietolken zullen geen vragen van de tolk aan de spreker mogelijk zijn. De kans is om de collega's in de tolkcabine te vragen of een andere collega in de andere tolkcabine te raadplegen die het tolken in een andere taal verzorgt. Maar tijdens verbindingstolken, geiechtstolken en/of community interpreting zijn vragen van de tolk wcl mogelijk. Het is natuurlijk niet de bedoeling dat de tolk overdrijft en altijd eerst met een viaag aan de spreker begint. Men zou dit eerder als de "laatste" mogelijkheid moeten zien. Het kan makkelijk gebeuren dat de spreker een fout maakt zoals het in het voorbeeld (2) Staat aangeduid. Ook hier is het makkeltjker om direct te verbeteren zonder daarop te veel aandacht van het publiek en de spreker te vestigen. Als er inhoudelijke fouten in de bijdrage voorkomen, mag de tolk deze niet corrigeren. Het gebeurt dan meestal dat het publiek denkt dat de fout door de tolk werd gemaakt, maar dit is de noodzakelijke opoffering die met dit beroep gepaard gaat. De fouten mag de tolk noch nonverbaal beoordelen, bijv. door grimassen te trekken, noch verbaal opblazen. Indien de spreker de tolk corrigeert, moet de tolk het zieh voor het publiek laten welgevallen. 7. Indien de tolk een fout maakt en die wil corrigeren, doet hij het zo sncl en efficient mogelijk zodat hij zo weinig mogelijk tijd verliest en de sncl de draad weer kan opnemen van het gesprokene. Hij maakt daarbij gebruik van volgende mogelijkheden216: Bijv.: (1) Žije tam 50.000 obyvatel. (la) Omlouvám se, 500.000 obyvatel, (lb) Opravuji, 500.000 obyvatel. (Tsjechisch) (Tsjechisch) (Tsjechisch) 8. De tolk corrigeert zijn eigen fouten tegen de stilistiek niet tenzij de stijl van zijn uitspraak zodanig belemmerend zou zijn dat het publiek de boodschap niet zou verstaan. Dit is één van de voornaamste verschillen tussen tolken en vertaten. De tolk werkt in tijdnood en hoewel hij probeert ook stilistisch correct te werken, zijn in dit opzicht fouten mogelijk en acceptabel. Bij beginnende tolken heeft men vaak te maken met hypercorrectie of hyperrectificatie, waarbij de beginnende tolk de neiging heeft om de informatie drie keer te herhalen omdat hij naar de beste formulering zoekt, maar intussen verliest hij vaak de daarop volgende informatie. Bij de Studenten merken wij dat zij in dit opzicht sterk beínvloed zijn door het vertalen waaraan tijdens hun studies veel meer tijd en nadruk wordt besteed. Bijv.: (1) Bepaalde diensten behoren niet (Nederlands) tot de kerntaak van onze instelling. (la) Jisté ... určité nebo některé (Tsjechisch) služby nepatří... ehm nejsou v hlavní nabídce našeho zařízení. De tolk moet keuzes kunnen maken, dus hij moet kunnen beslissen welkc variant hij zal gebruiken. 9. De tolk maakt onder elke omstandigheden de zin waaraan hij was begonnen zinvol af.217 Indien hij het niet doet, veroorzaakt hij aan de kant van zijn luisteraars een onaangenaam gevoel van onzekerheid, verwarring of ontevredenheid of trekt hij zelf niet 't laatst zijn eigen tolkprestatie in twijfel. Bijv.: (1) [...] Ook dru$sverkoop in koffieshops (Nederlands) Vergl. ook met het hfst. 9.19. 7 Zie ook Janovcová (1982:246). 96 97 ■ ! I: (la) wordt niet opgespoord en vervolgd, maar het is voor de wet wel strafbaar. Koffieshops moeten zieh wet aan een aantal strenge voorwaarden houden zoals: [...] Též prodej drog v ... se ale je... . ... musí ale splňovat... [...] (Tsjechisch) 10. Tot de standaard uitrusting van de tolk behoort pen en papier, water; iets kleins om te eten en zakdoeken zijn ook handig om bij zieh te hebben en voor de vrouwelijke tolken die een jurk of een rok dragen, kan een extra paar nylon kousen ook heel handig zijn en veel wrevel voorkomen. 11. De tolk hanteert tijdens de tolkprestatie de eerste persoon enkelvoud, eventueel meervoud (voorbeeld 1). Een uitzondering hierop vormt de persconferentie; dan kan men in de inleidende zinnen de derde persoon enkelvoud gebruiken (voorbeeld 2) en daarna weer overgaan tot de eerste persoon enkelvoud. Bijv.: (1) Voor de eerste keer bezocht ik (Nederlands) De Verenigde Arabische Emiraten in '91. (la) Řečník říká, že poprvé navštívil F (Tsjechisch) Spojené Arabské Emiráty v '91. (lb) Poprvé jsem navštívil Spojené C (Tsjechisch) Arabské Emiráty v '91. (2) Jan Černý, MF Dnes: "Do kdy hodlá (Tsjechisch) vláda tento problém vyřešit?" (2a) Jan Černý uit MF Dnes stelt de F (Nederlands) vraag tot wanneer de regering dit probleem zal oplossen. (2b) tolk: "Jan Černý uit MF Dnes stelt C (Nederlands) de vraag: Tot wanneer is de regering van pian om dit probleem op te lossen?" 12. Ook wanneer de spreker zijn gesprekspartner indirect aanspreekt enkelvoud, dan wordt deze formulering door de tolk omgezet in de eerste gebruikt de tolk een directe aanspreking. Bijv.: (1) Zeptejte se ho, co dělal v pondělí 26. 6. 2007? in de derde persoon persoon enkelvoud en (Tsjechisch) (la) Vraagt u hem wat hij maandag F Nederlands) 26 juni 2007 heeft gedaan? (lb) Wat heeft u maandag 26 juni C (Nederlands) 2007 gedaan? 13. Als de tolk een aspect extra moet uitleggen of toelichten wat niet dooř de spreker werd gezegd, doet hij dat in de derde persoon enkelvoud. Hij doet het om de ontstane situatie aan de luisteraars op te helderen zodat zij hiervan op de hoogte van zijn en niet het gevoel krijgen dat de tolk zijn werk niet doet, dat hij iets niet begrijpt en daarom niet tolkt of dat de bespreking plotseling is gestopt. Bijv.: (1) Byt přerušen signál do tlumočnických (Tsjechisch) kabin, proto nemohou tlumočníci momentálně tlumočit. 14. De tolk verzet zich tijdens de tolkprestatie in de rol van de spreker en gebruikt hetzelfde geslacht als de spreker. Men moet vooral bij die talen oppassen die onder meer een morfologisch verschil maken tussen masculina, feminina en neutra. Hiermee hangt ook het probleem van ontcijferen van het geslacht bij eigennamen samen.219 Bijv.: (1) P. De Braekeleer is vandaag aanwezig. (Nederlands) (la) P. De Braekeleer je dnes přítomen. (Tsjechisch) (lb) P. De Braekeleer je dnes přítomna. (Tsjechisch) Indien de tolk geen stukken en gegevens op voorrand ter beschikking heeft gehad waaruit hij het geslacht in zo'n situatie zou kunnen afleiden, kan hij enkel de kontext gebruiken om naar hints te zoeken die een antwoord geven op deze vraag. De aanduidingen zijn persoonsvoornaamwoorden (voorbeeld 2), bezittelijke voornaamwoorden (voorbeeld 3) of een classificator2'0 (voorbeeld 4) in de vorm van bijv. een beroep of een functie enz. Bijv.: (2) P. De Braekeleer is er vandaag (Nederlands) aanwezig. Hij zal ons iets vertellen over tulpenteett. (2a) Dnes je zde přítomen (Tsjechisch) P. De Braekeleer. Poví nám něco o pěstování tulipánů. (3) P. De Braekeleer is hier vandaag (Nederlands) aanwezig samen met zijn vrouw. (3a) P. De Braekeleer je zde dnes (Tsjechisch) přítomen spolu se svou ženou. ä Zie http://home.zonnet.nl/linda.vd.meer/dniEsverslaving/drugsbeleid.htm (19. 6. 2007). Zie ook het hfst. 9.11. 3 In verband met de classificator zie ook het hfst. 5.16. 98 99 (4) P. De Braekeleer is er vandaag (Nederlands) aanwezis om als kinderpsychologe alle vragen van onze luisteraars te beantwoorden. (4a) Dnes zde máme paní, P. De Braeke- (Tsjechisch) leerovou, aby jako dětská psycholožka odpovídala na dotazy našich posluchačů. 15. De tolk spreekt duidelijk en tegen een natuurlijk tempo, hij articuleert corrcct, slikt dc uitgangen niet in en houdt zieh aan de grammaticale regels van het taalsysteem waarin hij werkt. Hij zorgt ervoor dat zijn prestatie niet monotoon is. Het moet de luisteraars duidelijk zijn wanneer de tolk begint te tolken, wanneer hij een zin bijv. in indicatief zel, wanneer hij een vraag stelt en wanneer hij is uitgepraat. 16. De tolk tolkt enkel en alleen wat hij hoort. Soms kan het gebeuren dat de tolk op voorhand bijv. de hele tekst van een lezing krijgt om zieh te kunnen voorbereiden. Maar tijdens de eigenlijke prestatie tolkt hij alleen dat wat er wordt gezegd - dat kan slechts een derde zijn van wat hij thuis heeft moeten bestuderen. 17. De uitspraak van de eigennamen en benamingen volgen het fonologische systeem van de DT (voorbeeld 1). Indien men zieh naar het fonologische systeem van de BT zou richten, zou zou het DT-publiek moeilijkheden kunnen hebben om de benamingen te begrijpen en dit zeker bij de wat minder bekende namen en ontleende begrippen. Bijv.: (1) (la) (2) (2a) (3) (3a) [Be-.rio-.f [Berlio:s] [Brdýchl] [Brojgl] [fan yox] [fan gok] (Nederlands) (Tsjechisch) (Nederlands) (Tsjechisch) (Nederlands) (Tsjechisch) De voorbeelden (2) en (3) zijn in zekere zin betwistbaar. In beide gevallen gaat het zelfs in de DC, in Tsjechiě dus, over bekende schilders Breughcl cn Van Gogh die een typische Nederlandse naam dragen. Soms kan men bij de tolken en gidsen die ook als tolken werken de neiging vaststellen om door de BT-uitspraak in de DT te houden het DT-publiek te willen beschaven. Als de tolk dit doet, moet hij er zeker van zijn dat het niet het begrip van het DT-publiek zal belemmeren. Bijv.: (4) Amsterdamse grachten (Nederlands) (4a) Amsterdamské grachty (Tsjechisch) ' Uit: CNaVT 1993, Elementaire kennis, luistertekst twee Muziek voor iedereen. 100 De uitspraak van het Tsjechische equivalent van het Nederlandse woord "gracht" wordt met een [g] in plaats van een [y] gerealiseerd. Dit kan alleen bij een wat minder bekwaam publick voor onduidelijkheid en onbegrip zorgen. 18. De tolk die uit een BT in het Tsjechisch tolkt, handhaaft onder meer het afleiden van vrouwelijke vorm; vooral bij eigennamen kan het juiste naamval met de juiste uitgang in de DT, Tsjechisch dus, moeilijk en ongewoon lijken. Men moet consequent blijven; indien men de vrouwelijke vorm begint af te leiden, hoort men het tijdens de hele tolkprestatie te doen. Als men in team werkt en onze collega niet of wel de vrouwelijke vorm afleidt en wij hem na een tijdje vervangen, volgen we zijn voorbeeld. Het is goed om te weten dat voor een Nederlander of een Vlaming de Nederlandse en de Tsjechische versie van een en dezelfde naam twee verschillende eigennamen vertegenwoordigen. Het gebeurt steeds vaker dat er door invloed van andere vreemde talen, in het bijzonder van het Engels, de VTOUwelijke vorm niet wordt afgeleid, maar het geslacht wordt wel morfologisch via het werkwoord en verder door gebruik van een classificator™ aangegeven. Bijv.: (1) (la) (lb) (lc) (ld) Vandaa$ is Els Bilte aan het woord.221 Dnes dostane slovo Els Billeová. Dnes dostane slovo Els Bille. Dnes dostane slovo paní Els Billeová. Dnes dostane slovo paní Els Bille. (Nederlands) (Tsjechisch) (Tsjechisch) (Tsjechisch) (Tsjechisch) Het is raadzaam om altijd de juiste vorm af te leiden indien men over een echtpaar praat. De niet afgeleide vorm klingt namelijk zeer raar. Bijv.: (2) De heer en mevrouw Van den Bergh (Nederlands) (2a) Pan a paní Van den Bergh (2b) Pan a paní Van den Berghovi (2c) Manželé Van den Bergh (2d) Manželé Van den Berghovi F (Tsjechisch) C (Tsjechisch) F (Tsjechisch) C (Tsjechisch) Bij de eigennamen is het ook aangeraden om deze in de tolkprestatie - als de situatie het toelaat - in de nominatief te gebruiken (voorbeeld 4). Als men de juiste vorm aflcidt, dan kunnen er soms problemen ontstaan met verbuigen aangezien de voor de Tsjechische maatstaven vrij ongebruikelijke Nederlandse en Vlaamse eigennamen (voorbeeld 3). Bijv.: (3) Vandaas hebben we naar ons studio (Nederlands) mevrouw Van Baalen uit$enodigd. (3a) Dnes jsme si k nám do studia pozvali paní Van Baalen. (3b) Dnes jsme si k nám do studia F (Tsjechisch) C (Tsjechisch) "In verband met de classificator zie ookhethfst. 5.16. Uit: CNaVT 1995, Elementaire kennis, luistertekst een Leven met een bekende sportman. 101 II pozvali paní Van Baalenovou. (4) In het boek worden de componisten (Nederlands) zoals Mozart, Bach of Chopin besproken.224 (4a) Kniha pojednává o skladatelích C (Tsjechisch) Mozartovi, Bachovi či Chopinovi. (4b) Kniha pojednává o skladatelích, C (Tsjechisch) jimiž byli např. Mozart, Bach či Chopin. (4c) Mozart, Bach, Chopin a další C (Tsjechisch) skladatelé jsou námětem této knihy. Op deze plaats moeten we een opmerking wijden aan eigennamen die op een -s eindigen. Deze kunnen tijdens het afleiden van de juiste vorm voor problemen zorgen. Het gebeurt wel dat dc tolk tijdens de vertolking de -s aan het eind van de naam weglaat, maar daardoor creěert hij eigenlijk een totaal andere naam (voorbeelden 5 a en 6a). Bijv.: (5) Vandaag hebben we de heer Fons (Nederlands) Rademakers in onze studio.2" (5a) Dnes máme ve studiu pana Fonse F (Tsjechisch) Rademakera. (5b) Dnes máme ve studiu pana Fonse C (Tsjechisch) Rademakerse. (6) Vandaag spreken we met de bekende (Nederlands) Vlaamse schrijfster Kristien Hemmerechts. (6a) Dnes budeme hovořit se známou F (Tsjechisch) vlámskou spisovatelkou Kristien Hemmerechtovou. (6b) Dnes budeme hovořit se známou C (Tsjechisch) vlámskou spisovatelkou Kristien Hemmerechtsovou. (6c) Dnes budeme hovořit se známou C (Tsjechisch) vlámskou spisovatelkou Kristienou Hemmerechtsovou. Ook bij directe aansprekingcn moet de tolk opletten en in het Tsjechisch het juiste naamval, de vocatief, gebruiken. Indien hij, zoals het in de gesproken taal regelmatig het geval is, de nominatief hanteert, heeft deze variante eerder een peoratieve of negatieve connotatie (voorbeelden 7a, 7b, 7c, 8a, 8b en 8c). Bijv.: (7) Ooedendas, heer Rademakers! (Nederlands) (7a) Dobrý den, pane Radermakers! F (Tsjechisch) (7b) Dobrý den, pane Radermaker! F (Tsjechisch) (7c) Dobrý den, pane Radermakere! F (Tsjechisch) (7d) Dobrý den, pane Radermakersi! C (Tsjechisch) (8) Coeidendas, mevrouw Hemmerechts! (Nederlands) (8a) Dobrý den, paní Hemmerechts! F (Tsjechisch) (8b) Dobrý den, paní Hemmerecht! F (Tsjechisch) (8c) Dobrý den, papi Hemmerechtová! F (Tsjechisch) (8d) Dobrý den, pani Hemmerechtsová! C (Tsjechisch) 19. De tolk gebruikt vreemde woorden indien hij geen gepast Tsjechisch equivalent ter beschikking heeft. Tenslotte kan men zeggen dat in de taal - meer dan in welk domein dan ook -het imiteren, het nadoen functioneert van wat men in de BT hoorl en vaak ook het improviseren in de DT. Naast zijn bemiddelende functie is de tolk ook een aandachtige en zorgvuldige waamemer die zowel door te horen als ook door te zien nieuwe dingen leert. 6.4 Ethische code1' Net als vele andere beroepen zoals artsen, politici of mijnwerkers, hebben ook de tolken hun ethische code227. Dit is een opsomming van principes volgens welke de uitoefenaars van dit beroep handelen. De ethische codc steh vaste eisen en legt grenzen, maar helpt tevens om zieh als professional te gedragen. De ethische code bevat volgende richtlijnen: 1. Ik neem slcchts zulk werk aan dat ik op hoog niveau kan verrichten. 2. Ik werk met mijn collcga's samen en gedraag me tegenover hen collegiaal. 3. Als ik een deel uitmaak van een team, dan ben ik bereid om te helpen, voor te zeggen, woorden op te zoeken waarbij de "teamwork en team spirit" in de cabine als ook eiders tijdens het tolken van essentieel belang blijven. 4. Ik vereis materiaal op voorhand zodat ik me grondig kan voorbereiden. 224 Uit: CNaVT 1993, Elementaire kennis, luistertekst twee Muziek vuor iedereen. 225 Uit: CNaVT 1994, Elementaire kennis, luistertekst drie Twee beroepen in een. Vergl. ook met de bijlage nr 6. 7 Vergl. met andere crecodes in de bijlagen nr 6. 102 103 73 5. Ik verzeker absolute geheimhouding.228 6. Bij gerechtstolken heb ik ook plichtěn en rechten als burger en deze leef ik na; daarom moet ik onmiddcllijk aangcvcn als er icts in de weg Staat om in een bepaalde bespreking te kunnen tolken. 7. Ik probeer zo te handelen en me zo te gedragen zodat ik dit beroep niet in een siecht daglicht stel. 8. Ik zeg een aangenomen opdrachten niet af. Indien het toch gebeurt, dan moet ik een vervanging voor de opdrachtgever vinden. De redenen om van een opdracht af te zien, moeten gegrond zijn. 9. Tijdens een conferentie kan de tolk nooit alleen in de cabine zijn. De enige uitzondering is tolken van films of een persconferentie van in totaal max. 45 minuten. 10. Ik neem nooit twee opdrachten tegelijkertijd aan. 11. Ik kan een opdracht weigeren (bijv. indien het om tolken gaat tijdens een autopsie, in een slacht- of lijkenhuis e.a.). Men moet altijd op voorhand weigeren, achteraf is het niet van toepassing. 12. Ik tolk voor beide partijen even neutraal; niemand mag het gevoel krijgen dat de tolk met één partij onder het hoedje steekt. Maar de tolk maakt wel een duidelijk verschil tussen neutraliteit en menselijkheid. 6.5 Rechten van de tolliř29 Naast plichtěn die in het hele hoofdstuk 6 staan opgesomt, heeft de tolk - net als alle andere beroepen - tijdens het uitoefenen van zijn werk ook bepaalde rechten. Hij heeft recht op: • kwaliteitswerkomstandigheden • een direct uitzicht op de spreker • een stoel, een gepaste verlichting en air-conditioning in de cabine • pauze • vervanging (tijdens ST worden de tolken om de twintig á dertig minuten vervangen) • passende werkuren230 • om op voorhand gei'nformeerd te worden indien de prestatie van de tolk wordt opgenomen; men moet de toestemming van de tolk hiertoe vragen. Hij heeft dan het recht op toeslag, maar niet in het geval van een publieke actie. passend honorarium voor het geleverde werk. De tolk mag geen infonnatie die hij ter kennis heeft genomen aan een derde partij verschaffen. Bij officiele gelegenheden is er altijd iemand die de woordvoerder speelt en de tolk moet de derde partij naar deze persoon verwijzen. Bij andere gelegenheden is het aangeraden om de derde partij naar de opdrachtgever te sturen die zelf kan beslissen om informatie door te geven of niet. 239 In dit werk schrijft men nergens expliciet over de plichtěn van de tolk. We gebruiken in plaats van "plichtěn" eerder "tips" of "adviezen", maar uit de tekst mag wel duidelijk blijken dat men het over de plichtěn van de tolk heeft. 230 In Tsjechie telt de werkdag van de tolk 8 uur; in de EU 6 uur. 104 105